Thuisvoordeel in de Nederlandse squash- en badmintoncompetitie

Naar thuisvoordeel op professioneel niveau is veel onderzoek gedaan, en het effect is aangetoond in sporten van voetbal tot schaatsen. Maar bestaat er ook zoiets als thuisvoordeel in de Nederlandse (amateur) squash- en badmintoncompetitie? En waar wordt thuisvoordeel door veroorzaakt?

De squash- en badmintoncompetitie

Zowel bij squash als bij badminton spelen teams op allerlei niveaus competitie. Bij squash worden er in de Heren Eredivisie drie, en in de overige klasses vier single partijen gespeeld. De speler die als eerste drie games wint, wint de wedstrijd. Aan het eind worden alle games bij elkaar opgeteld. Het team met de meeste games krijgt drie extra punten. Bij een gelijkspel geeft de score binnen de games de doorslag. Er is dus altijd een team dat wint. De herencompetitie kent zeven verschillende klasses, de damescompetitie vijf. De badmintoncompetitie is gemengd. Er worden acht partijen gespeeld, twee herenenkels, twee damesenkels, en vier (gemengd)dubbel partijen. De winnaar krijgt geen extra punten, het kan dus ook in een gelijk spel van 4-4 eindigen.

Op www.toernooi.nl zijn alle uitslagen uit het seizoen 2015-2016 terug te vinden. In de squashcompetitie werden 2579 teamwedstrijden gespeeld. Alleen wedstrijden zonder aanvullende opmerking bij de uitslag, zoals het niet komen opdagen van een team, zijn meegenomen. Bij de mannen won in 58% van de gevallen de thuisspelende ploeg. De kans dat dit op toeval berust als er geen thuisvoordeel zou zijn is zo goed als nul. Het thuisvoordeel is bij de mannen zelfs in alle klasses terug te zien, behalve in de Eredivisie. Bij de dames is er een klein thuisvoordeel van 53%, maar statistisch gezien kan dit ook door toeval worden veroorzaakt. Dit verschil tussen mannen en vrouwen kan door meerdere dingen komen. De competitie van de vrouwen is een stuk minder groot dan de competitie van de mannen. Hoe minder wedstrijden er worden gespeeld, moe moeilijker het is om thuisvoordeel statistisch aan te tonen. Ook zie je bij vrouwen vaak dat het niveauverschil groter is. Hoe groter het niveauverschil hoe kleiner de kans dat thuisvoordeel het verschil maakt tussen winnen en verliezen.

squashthuisvoordee2l

In de badmintoncompetitie werden het afgelopen jaar 1763 teamwedstrijden gespeeld. Elke teamwedstrijd bestaat uit 8 individuele wedstrijden. Op individueel niveau won de thuisspelende speler 54% van de wedstrijden. Op teamniveau won de thuisspelende ploeg  47% van de keren en de uitspelende ploeg 35%. De overige 18% van de wedstrijden eindigden in een gelijk spel. Ook hier is het effect statistisch significant voor alle klasses behalve de Eredivisie. Ook voor niet-professionals is er dus zoiets als thuisvoordeel!

badmintonthuisvoordeel2

De vijf factoren van thuisvoordeel

Dat er thuisvoordeel is staat dus vast, maar wat veroorzaakt het? Hier is al veel onderzoek naar gedaan, zowel door statistici als door psychologen. In 2013 hebben drie Spanjaarden een overzicht geschreven, waarin ze vijf oorzaken benoemen: Supporters, bekendheid met het veld/omstandigheden, reistijd, de scheidsrechter en territorialiteit.

Supporters:

Bij thuisvoordeel denken we vaak gelijk aan de steun van supporters. Er zijn bijna altijd meer supporters van de thuisspelende ploeg aanwezig. Maar ook zonder supporters blijkt er een thuisvoordeel te zijn. Niels van de Ven van de universiteit van Tilburg zocht dit uit, door voetbalwedstrijden te analyseren met en zonder supporters, en wedstrijden tussen teams die hetzelfde stadion als thuisbasis hebben. Sterker nog, supporters kunnen zelfs een negatief effect hebben op de prestaties, bijvoorbeeld als een speler een penalty moet nemen. Dit is een bekend fenomeen uit de sociale psychologie. Bij makkelijke taken werkt het prestatieverhogend als er mensen meekijken (sociale facilitatie), bij moeilijke taken werkt het juist prestatieverlagend (sociale inhibitie).

Bekendheid met het veld:

Elk veld of elke baan kan anders spelen, en aan je eigen veld ben je het meeste gewend. Dat kan voordeel geven. Zo speelt de ene squashbaan veel sneller dan de andere, en hangen de lampen bij badminton overal anders, waardoor je op een andere manier tegen het licht inkijkt. Uit het ene onderzoek blijkt dat het effect beperkt is, uit het andere onderzoek dat het thuisvoordeel 24% afnam als een club een nieuw veld kreeg. Wetenschappelijk onderzoek richt zich eigenlijk altijd op topsporters. Maar deze factor zou juist bij amateurs zwaarder kunnen wegen. Een professionele squasher of badmintonner speelt en traint op veel verschillende plekken. Maar de gemiddelde clubspeler speelt en traint meestal op zijn eigen club, en is minder gewend aan verschillende omstandigheden. Dit kan de reden zijn dat we het thuisvoordeel niet terugzien bij de Eredivisie, maar wel bij de lagere klasses van badminton en squash.

Reistijd:

Als je een uitwedstrijd speelt, moet je meestal verder reizen. Je komt misschien al meer moe aan, of hebt daarvoor gewoon minder zin om te spelen. Dit blijkt maar een beperkt effect te hebben.

De scheidsrechter:

Meerdere onderzoeken hebben aangetoond dat scheidsrechters licht in het voordeel van de thuisploeg fluiten of jureren. Het thuisvoordeel op Olympische Spelen is ook groter bij subjectieve jurysporten zoals turnen dan bij objectieve jurysporten zoals gewichtheffen en atletiek.

dirkjan

Territorialiteit:

Territorialiteit? Ja, territorialiteit: “een verdedigende reactie op een invasie op wat je ziet als je eigen territorium”. Het thuisvoordeel in de voetbalcompetitie op de Balkan is groter dan in bijvoorbeeld Noorwegen, zoals de figuur hieronder laat zien. Dit wordt toegeschreven aan de (historische) conflicten tussen bevolkingsgroepen in die regio.

territorialiteit

Thuisvoordeel in voetbalcompetitie, figuur uit publicatie Legaz-Arrese.

Conclusie

Thuisvoordeel is in veel sporten aangetoond, en wordt toegeschreven aan het effect van supporters, bekendheid met het veld, reistijd, de scheidsrechter en “territorialiteit”. Ook in de Nederlandse (amateur) squash – en badmintoncompetitie is er duidelijk thuisvoordeel. Juist bij amateurs zou het effect van het spelen op een bekend veld zwaarder kunnen wegen dan bij professionals.

kader2

Bronnen:

Data: www.toernooi.nl

Legaz-Arrese, Alejandro, Diego Moliner-Urdiales, and Diego Munguía-Izquierdo. “Home advantage and sports performance: evidence, causes and psychological implications.” Universitas Psychologica 12.3 (2013): 933-943.

http://www.kennislink.nl/publicaties/van-thuisvoordeel-tot-verstikking

Van de Ven, Niels. “Supporters are not necessary for the home advantage: Evidence from same‐stadium derbies and games without an audience.” Journal of Applied Social Psychology 41.12 (2011): 2785-2792.